3. Wisar | |
Inhoud van deze pagina
1. Wisurgis bij de RomeinenOm de gelijkstelling Wisar of Wiser = Weser (ook Wezer gespeld) te kunnen maken geeft Von Richthofen voor de hele periode van vóór 1415 slechts één bewijsplaats van rond 1200 en slaat hij tientallen oudere over : « in orientem ad Wiseram et in occidentem usque Fli. » (1). Hetzelfde citaat volgt uitvoeriger waar Sincfal wordt behandeld. De oorspronkelijke tekst zou zijn opgesteld rond 1200 maar Von Richthofen geeft geen datum voor het afschrift waarover we beschikken. In Frieslands oudheid wordt dezelfde bewijsplaats gegeven, eveneens zonder datum. Zelfs als de tekst van 1200 is en hier inderdaad de Weser wordt bedoeld, bewijst dat niet in het minst dat Wisaram uit de ‘Lex Frisionum’ eveneens de Weser was. In de tekst wordt tevens Hiddesekkere genoemd, waarvan in Frieslands oudheid zonder meer Hitzacker wordt gemaakt, een eilandje in de monding van niet eens de Weser, maar van de Elbe, en dat voor het eerst zou zijn vermeld in 1203. De ontginnningen rond Bremen zijn pas in 1106 begonnen en uit de eeuwen daarvóór kan er nóch uit documenten, nóch archeologisch iets worden aangewezen dat op vroegere bewoning van enige omvang duidt (2). Dat neemt niet weg dat in Frieslands oudheid de Romeinen al vrolijk optrekken in het gebied tussen Weser en Elbe (3) en dat er doodleuk een historische continuïteit vanaf dat moment wordt aangenomen hoewel ook daarvan archeologisch niets is gebleken. Wisara is een algemene waternaam en betekent ‘witte rivier’. De naam, die ook als Wisurgis, Visurgis, Wisera, Visera en Wisura in talrijke bronnen voorkomt, is niet alleen gebruikt voor de Wimereux, maar ook voor de volgende vijf Noord-Franse en Belgische rivieren : de Aa, de IJzer (ook Isara en Vidrus genaamd); de Lys / de Leie en de Marcke; ook is er de Vézère van gemaakt, wat enkel laat zien dat er niet ál te voorbarig ‘Duitse Weser’ van kan worden gemaakt. Al de andere Romeinse en Franse bronnen zijn door Von Richthofen – meest waarschijnlijk niet zonder reden – overgeslagen (4). In Frieslands oudheid daarentegen is gelijk alles maar aan de Duitse Weser toegewezen, zonder de bronnen duidelijk weer te geven of te argumenteren. De Romeinen bouwden versterkingen om Gallia te beschermen tegen de Germanen, wat ze natuurlijk in Noord-Frankrijk deden en niet in het hoge noorden van Duitsland waar ze niet eens geweest zijn. Daarbij worden de rivieren Albis (de Aa en niet de Elbe), Amisia (de Hem en niet de Eems), de Lippia (de Lys en niet de Lippe) en Wisurgis (de Wimereux en niet de Weser) genoemd (5). Na analyse van de Annales van Tacitus concludeert Albert Delahaye : « Wisurgis (Ann. 11,9, 11, 12,16, 17), een rivier, genoemd in de veldtochten van de Romeinen tussen 14 en 17 na Chr. in verband met de Oceaan (Atlantische Oceaan), met de Cherusci (Chérisy), met de Batavi (Béthune), met Idistaviso (St. Inglevert) en met de Chauci (Chocques), is de Wimereux ten noorden van Boulogne, die bij de plaats Wimereux in de Atlantische Oceaan valt. Het was dus niet de Duitse Weser. Deze determinatie en lokalisatie is volslagen onmogelijk, omdat de Romeinen nooit ofte nimmer in dat deel van Duitsland zijn geweest, en zeker niet in 14 na Chr., toen de verovering van Germania (natuurlijk dat van Tacitus!) nog moest beginnen. Hetzelfde geldt vanzelfsprekend ook voor de Albis (Aa), de Amisia (Hem) en de Lupia (Lys of Leie). Daar komt nog bij, dat volgens de Romeinse teksten deze vier rivieren dicht bij elkaar lagen, wat met de Lippe in Duitsland al helemaal niet het geval is, omdat die ver van de andere ligt. » (6). Een mooie bewijsplaats voor de Wisurgis bij de late Romeinen is : « Tekst 89 Doornik en Cambrin geven hier de juiste streek aan. 2. Wisar in de vroege middeleeuwen
Ook voor de vroege middeleeuwen zijn er voldoende teksten : « Tekst 194 « Tekst 195 « Tekst 200 Volgens de mythe was het aan de Weser in Noord-Duitsland dat de Noord-Franse Merovingische koning in 553 de opstandige Saxones versloeg, terwijl deze Noord-Duitse Saxones in 556 juist Frankrijk binnenvielen, tezamen met de Oost-Duitse Thüringers ! Hier is ieder gevoel voor afstanden en verhoudingen zoek, terwijl, logisch gesproken, de Noord-Duitse Saksen, om in opstand te kunnen komen tegen de Franse koning, al deel van zijn rijk moeten hebben uitgemaakt, wat echter geen enkele historische atlas durft te laten zien. « Tekst 215 De Wisera wordt voor het jaar 717 genoemd in de Chronicon S. Benigny : « Deze rivier determineren de Franse historici als de Vézère, die onder Limoges stroomt, wat wel erg ver is. Het was in geen geval de Duitse Weser, waarschijnlijk wel de IJzer. » (13). De IJzer (Frans Yzer) komen we ook tegen als Isara. Later komt Albert Delahaye op de Lys (14), wat beter past. « Tekst 303 « Tekst 305 In 782 worden de Saxones afgeslacht aan de Wisera (Wimereux) bij Ferdia-Ferdi-Wereta, wat Fréthun is en niet het Duitse Werden. Daar woonden de Saxones als buren van de Fresen, zie : Fresen, Normanni en Saxonen. 3. Wisar in de late twintigste eeuwWeggestoken in een voetnoot worden in Frieslands oudheid alleen de volgende oudere bronnen aangehaald : Uit de Annales St. Amandi, anno 718 : « Fuit autem tunc prius Karolus in Saxonia, et vastatit eam plaga magna usque Viseram. » (17). En uit de Annales Mosellanae : « vastatit Karlus Saxoniam plaga magna. » (18). Blijkbaar was beter ten gunste van de Weser niet voorhanden en de rest het niet waard om letterlijk te worden aangehaald. 4. Wisar naamkundigWisara is een algemene waternaam die op vele plaatsen voorkomt. Zo lezen we : « Les éléments topographiques les plus stables, ceux qui offrent le plus de certitude, sont ceux qui font partie de la nature elle-même, comme les fleuves ou les montagnes. Vertaald : « De topografische gegevens die het minst veranderlijk zijn, zij die de meeste zekerheid bieden, zijn degenen die deel uitmaken van de natuur zelf, zoals rivieren en bergen. Over de Wimereux : « Ambleteuse (Bo) [Boulogne-sur-Mer] < Ambletowe (1121) possède une terminaison qui, selon Gysseling, indique un hydronyme. C’est la même désignence qui se trouve aussi dans Wimereux (Bo) < Wimerreue (1305), forme presque identique à celle du fleuve qui se jette à la mer en cet endroit, Wmerreuwe (1203). » (20). Vertaald : « Ambleteuse (Boulogne-sur-Mer) < Ambletowe (1121) beschikt over een uitgang die, volgens Gysseling, een waternaam aangeeft. Het is dezelfde betekenis die we ook vinden in Wimereux (Boulogne-sur-Mer) < Wimerreue (1305), een vorm die vrijwel gelijkstaat aan die van de rivier die op deze plaats in de zee uitstroomt, Wmerreuwe (1203). » Omdat de naam Wisurgis door M. Gysseling uit de lijst is weggelaten betekent dit dat de rivier Wimereux niet zou zijn vermeld voorafgaand aan 1203. Hoewel Julius Caesar in Boulogne-sur-Mer is geweest (Itius portus), noemt hij de Wimereux nergens, maar latere Romeinse schrijvers zoals Tacitus doen dat wel. |
|
Noten | |
1. Bron : Fries. Keure 10 (circa annum 1200 scripta). Het gaat om de Zeventien Keuren. 2. Algemene geschiedenis der Nederlanden : Deel I. Oudheid en vroege middeleeuwen tot het jaar 925. – Utrecht : De Haan, 1949. Hoofdstuk X, Friesland van de vijfde tot de tiende eeuw, p. 398. 3. Frieslands oudheid, t.a.p., p. 37. tot de tiende eeuw, p. 398.4. Zie: De ware kijk op..., deel I, t.a.p., p. 36, 64 en 87, en deel II, t.a.p., p. 67, 208, 214, 232, 237, 244, 251, 308, 522 en 550; Germania = Frans-Vlaanderen bij Caesar, Strabo, Plinius, Ptolemeus, t.a.p., p. 109, 111, 138, 139, 143, 146, 183, 201, 203-205, 208, 210, 212, 216, 219, 221, 225, 245; en Germania = Frans-Vlaanderen bij Tacitus, t.a.p., p. 20, 67-68, 74, 80-81, 100, 105-106, 111, 120-123, 125, 127-128, 130, 135, 137, 147 en 152-153. In sommige teksten is Isera de Oise. Zie voor de Vidrus (IJzer) ook : Germania = Frans-Vlaanderen, t.a.p., p. 207. Wissera Marcka, in de pagus Bedensis, genoemd in 866 in een Echternachse bron, is Marcq bij Edingen (Frans Enghien) ten zuidwesten van Brussel aan de rivier Marcke; in verband daarmee wordt ook de rivier Sigonna genoemd, wat de Zenne is; zie De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 427, vergelijk p. 478, bron : Wampach, Quellen, nr. 149. 5. Vergelijk Holle boomstammen, t.a.p., p. 357-358 en De ware kijk op..., deel I, t.a.p., p. 12, 50 (tekst 38), 51 en 405; deel II, t.a.p., p. 67 en 303; zie voor verwarring tussen Wisera en Lippa aldaar p. 232. De verwarring/verwisseling tussen Wisera en de eveneens algemene waternaam Isera is ook groot; in de bronnen zelf lopen ze al door elkaar. Onder Isara kunnen onder andere de Oise, de Yser, de Izable, de Isérable en zelfs de Beierse Isar worden verstaan (zie : Dictionnaire étymologique des noms de rivières et de montagnes en France / par A. Dauzat, avec la collaboration de G. Deslandes, revu et corrigé par Ch. Rostaing. – Paris : Édtions Klincksieck, 1978. – 233 p. – p. 56). 6. Germania = Frans-Vlaanderen bij Tacitus, t.a.p., p. 105. 7. De ware kijk op..., deel I, t.a.p., p. 89. Van de Vahalis is natuurlijk weer net zo gemakkelijk de Waal gemaakt. De Oise voor Vahalis is door Albert Delahaye zelf gewijzigd in de Lys, Zie : Germania = Frans-Vlaanderen bij Caesar, Strabo, Plinius, Ptolemeus, t.a.p., p. 34-40; aldaar ook meer over Vahalis-Waal. 8. Annales Vedastini, MGH, Scriptorum, in folio, I, p. 522. 9. De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 208. 10. De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 208. 11. De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 209-210. 12. De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 214-215; Vergelijk aldaar ook de teksten 250-254 en 266, p. 232-234 en 237, waarin van dezelfde feiten gewag wordt gemaakt. 13. Holle boomstammen, t.a.p., p. 158-159, vergelijk : De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 242-243. De passage uit de Chronicon S. Benigny is te vinden in Histoire de France, III, p. 318. 14. Dictionnaire topographique du Département du Pas-de-Calais, t.a.p., p. 234-235 : « De Lys, rivier die zijn bron heeft bij Lisbourg en bij La Gorgue in het Département du Nord binnenkomt. - Leia, rond 839; Ulta, onbekend jaar; Legia, tiende eeuw; Letgia, elfde eeuw; Lis, 1180; Lilium, 1202; Liis, 1215; Leya, 1220; Lidus, dertiende eeuw; Lisium, 1319; Lisa, veertiende eeuw; Luys, vijftiende eeuw; Le Lis, 1505; La Lis, 1559; Le Lys, 1659-1660; La Lise, 1675; La Lysse, 1717. 15. De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 251. 16. De ware kijk op..., deel II, t.a.p., p. 252, zie ook p. 308. 17. Frieslands oudheid, t.a.p., p. 327, noot 51; bron : Annales S. Amandi, Petaviani et Tiliani, ed. G.H. Pertz, MGH SS I, Hannover, 1826. 18. Frieslands oudheid, t.a.p., p. 327, noot 51; bron : Annales Mosellani, ed. J.M. Lappenberg, MGH SS XVI, Hannover, 1959. 19. Noms de lieux du Nord-Pas-de-Calais, t.a.p., p. 27-28. Wizernes ligt ten zuidwesten van St.-Omaars, aan de rivier Aa. In de naam Wisarinio ligt bovendien de naam renus opgesloten, waarover in hetzelfde werk wordt opgemerkt : « On peut rattacher au thème de l’hydronomie le nom gaulois *rin, *ren, source. Précédé de l’adjectif bel signifiant blanc en gaulois, ren est à l’origine des toponymes Beaurain (Ca) [Cambrai], Beaurainville (Mt) [Montreuil] et Beaurains (Ar) [Atrecht]. Cette dernière localité, aux portes d’Arras [Atrecht], s’est appelée Bellirinum in pago Atravense (661). Le nom rinum, n’étant plus compris au xiie siècle, a été remplacé à cette époque par ramum, Bellum ramus. » (t.a.p., p. 31). 20. Noms de lieux du Nord-Pas-de-Calais, t.a.p., p. 30. Dictionnaire topographique du Département du Pas-de-Calais, t.a.p., p. 403, geeft geen oudere dan dertiende eeuwse vormen : Wimereux, kanton Boulogne-sur-Mer; Wimerenc, dertiende eeuw; Wimerreue, 1305; Wimereue, 1338; Wimerrewe, 1416; Wymereue, 1506; « Wimereux, ancien hameau de Wimille, a été érigé en commune en 1899. » – Le Wimereux, beek (ruisseau) die zijn bron heeft bij Boursin en bij Wimereux in zee stroomt; Wmerreuwe, 1203; Winerrewes, 1286; Wimerewe, 1290. Vergelijk de veel vroegere vermeldingen voor de Aa; Dictionnaire topographique du Département du Pas-de-Calais, t.a.p., p. 1,: De Aa, rivier die zijn bron heeft bij Bourthes, bij het gehucht Trois-Marquets, en die, vanaf Sint-Omaars gekanaliseerd, bij Gravelines (noord) in Zee stroomt; Agnona, 648; Enneno, zevende eeuw; Agniona, 723; Agnio, 866; Agno, 1107; Agnitio, 1156; A, 1282; Agniona, alio nomine Romera, 1561; Aa, 1566; Aas, achttiende eeuw. |